Begroting 2021
portal

Paragrafen

Bedrijfsvoering

Binnen de begroting en de rekening worden de capaciteitskosten toegerekend aan de begrotingsprogramma’s en taakvelden.
Dit betreft de totaal ingezette capaciteit inclusief externe krachten volgens het spelconcept capaciteitssturing.
Alle kosten van capaciteit worden verzameld bij de sectoren en vervolgens over de programma’s verdeeld op basis van begrote inzet. Daarmee wordt de inzet toegeschreven aan de opgave(n) waar de provincie voor staat.
De onderstaande kosten vertegenwoordigen de totale kosten van de bedrijfsvoering. Deze bestaan uit capaciteitskosten voor bedrijfsvoering (personele kosten van eigen medewerkers en externe inhuur) en materiële kosten zoals huisvesting en ICT.
Totale kosten overhead begroting 2021 in € 1.000

Overhead capaciteitskosten

          49.534

Overhead materiële kosten

          24.087

Totaal overhead (Zie OD 7.2.1)

          73.621

Verdeling capaciteitskosten

De capaciteit wordt ingezet voor de realisatie van investeringen en voor opgaven, projecten en reguliere taken.

Onderstaand overzicht toont de toedeling van de capaciteitskosten naar de verschillende begrotingsprogramma’s in € 1.000.

Programma

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2021 in %

1 - Openbaar bestuur

9.484

9.574

9.539

9.536

9.536

9.536

9%

2 - Klimaat en Milieu

5.238

4.593

4.901

4.899

4.899

4.279

5%

3 - Ruimte en Water

10.308

9.999

9.560

9.478

9.478

9.478

9%

4 - Bereikbaarheid

18.737

23.217

23.774

23.711

23.714

23.074

22%

5 - Groen

4.015

5.537

6.282

6.278

6.278

5.538

6%

6 - Economie, Cultuur en Welzijn

4.406

4.364

4.148

4.145

4.145

4.145

4%

7 - Financiën en bedrijfsvoering

46.882

54.555

49.534

49.482

49.482

49.400

46%

Totaal naar programma's

99.070

111.839

107.738

107.529

107.532

105.450

0

Totaal naar investeringen

27.916

15.655

15.655

15.655

15.655

15.655

Totale capaciteitskosten

126.986

127.494

123.393

123.184

123.187

121.105

De toerekening aan de investeringen en de begrotingsprogramma’s gebeurt volgens een aantal principes:

  1. Medewerkers (eigen en inhuur) die werken aan investeringsprojecten schrijven tijd. De begrote en werkelijk bestede uren worden vermenigvuldigd met een voorcalculatorisch uurtarief en op die wijze ten laste van de investeringskredieten gebracht.
  2. Toerekeningswijze personele kosten over begrotingsprogramma’s: de begrote en werkelijke kosten die resteren na toerekening aan investeringen worden verdeeld volgens de vermelde procentuele verdeelsleutels.

Bij de begroting leggen we vast welk percentage van de personele omvang per directie toegerekend wordt aan welk operationeel doel. Dit percentage wordt bij de verantwoording ook gebruikt bij de toerekening van de werkelijke kosten per directie. Voor de bepaling van overhead gaan we uit van de functies zoals genoemd in de notitie Overhead van de commissie BBV, aangevuld met een aantal interne uitgangspunten zoals voor projectcommunicatie, bestuursadviseurs en -ondersteuners en trainees.

  1. Materiële kosten worden voor het overgrote deel gerekend tot de overhead en bij het operationele doel verantwoord. Dit zijn bijvoorbeeld het onderhoud aan de panden, schoonmaak, beveiliging, catering en kosten informatisering.
  2. Overhead en investeringen: er worden geen overheadkosten aan investeringen toegerekend. Dat geldt zowel voor personele kosten als voor materiële kosten.

Een deel van de materiële en personele kosten wordt gedekt uit reserves. Het betreft de reserves Huisvesting, Bedrijfsvoering en GO-gelden.

Deze pagina is gebouwd op 11/04/2020 15:00:09 met de export van 11/04/2020 14:50:45